Pedagogisch Werkplan BSO Buiten & Zo Geffen

Pedagogisch Werkplan BSO Buiten & Zo Geffen

 

© 2023 Het Beertje – H.C. van der Stappen | Pedagogisch Werkplan BSO Buiten & Zo Geffen

Inleiding

 

1. Bso Buiten & Zo

1.1 De basisgroep

1.1.2 Samenvoegen van basisgroepen

1.2 Pedagogisch medewerkers

1.3 Stagiaires en beroepskrachten in opleiding

1.4 Achterwacht

1.5 Kind/leidster ratio

1.6 Half-uursregeling en drie-uursregeling

1.7 Beschrijving locatie binnen

1.8 Beschrijving locatie buiten

 

2. Intake en gewenning

2.1 De intake

2.2 Het mentorschap

2.3 Het wennen

 

3. Een dag op de BSO

3.1 Het dagprogramma

3.2 Vervoer

3.3 Halen en brengen door de ouders

3.4 Activiteiten op de NSO

3.5 Speciale dagen

 

4. Zomerverblijf camping

4.1 Meerdere basisgroepen tijdens vakantie op dierenbos

 

5. Het kind

5.1 Observeren

5.2 Pedagogisch beleidsmedewerker/coach

5.3 Kindertherapeute/opvoedcoach

5.4 Samenwerking basisschool

5.5 Kinderparticipatie

5.6 Interactie met het kind

5.7 Omgaan met zieke kinderen

5.8 Diversiteit

 

6. Een dag ruilen of het incidenteel afnemen van een extra dagdeel

 

7. Ouders/verzorgers

7.1 Schriftelijke informatie

7.2 Gebruik klasbord app

7.3 Oudercommissie

 

8. Kwaliteit kinderopvang Het Beertje

8.1 Risico-inventarisaties

8.2 GGD inspectie

Inleiding

 

Omdat iedere locatie haar eigen specifieke tradities, omvang, ligging en gebouw heeft, beschikt zowel Het Beertje Heesch als het Beertje Geffen over een eigen werkplan. Voor u ligt het pedagogisch werkplan van de Buitenschoolse Opvang van Het Beertje Geffen. Dit plan is een concrete uitwerking van het Pedagogisch beleidsplan.

 

Het pedagogisch beleidsplan is uitgewerkt aan de hand van de vier opvoedingsdoelen voor gezin en kinderopvang van professor J.M.A. Riksen-Walraven. De vier opvoedingsdoelen zijn:

  • Wij willen het kind een gevoel van emotionele veiligheid geven
  • Wij willen het kind de gelegenheid geven tot het ontwikkelen van persoonlijke competentie
  • Wij willen het kind de gelegenheid geven tot het ontwikkelen van sociale competentie
  • Wij willen het kind de kans geven om zich waarden en normen eigen te maken.

 

Om deze opvoedingsdoelen te bereiken hanteren wij 5 belangrijke pedagogische middelen. Te weten:

  • De pedagogisch medewerker
  • De andere kinderen
  • De omgeving
  • Het activiteiten aanbod
  • Het spelmateriaal

 

In het Pedagogisch Beleidsplan staan de opvoedingsdoelen en pedagogische middelen uitgebreid beschreven. Voor een uitgebreide beschrijving verwijzen wij u dan ook naar het Pedagogisch Beleidsplan dat op beide locaties ter beschikking ligt.

 

In het werkplan dat voor u ligt wordt concreet ingegaan op de hiervoor genoemde doelen en middelen en wordt er beschreven hoe het er in de dagelijkse praktijk bij de BSO Buiten & Zo aan toe gaat. Tevens wordt de manier waarop pedagogisch medewerkers vorm geven aan hun taken omschreven. Op deze manier zal u duidelijk worden hoe wij ervoor zorg dragen dat de opvoedingsdoelen gerealiseerd worden en dat uw kind een fijne en leerzame tijd doormaakt bij Het Beertje.

 

 

Margot en Hannelieke van der Stappen

Directie Kinderopvang Het Beertje

 

Versie 2 januari 2024

1. BSO Buiten & Zo

 

Aan de Weverstraat bevindt zich het scoutinggebouw van Geffen. Op maandag, dinsdag en donderdag mogen we gebruik maken van de groepsruimte en geweldige buitenruimte. BSO Buiten & Zo biedt een uitdagende en avontuurlijke omgeving voor kinderen van 6 tot en met 12 jaar, waar veel buitenactiviteiten de revue zullen passeren. Maar ook binnen biedt de grote ruimte volop mogelijkheden voor leeftijdsgerichte activiteiten.

 

 

De opvang bij BSO Buiten & Zo is na schooltijd op maandag, dinsdag en donderdag van 14:15u tot 18:00u. De kinderen kunnen ook opgevangen worden vóór schooltijd (VSO), in de schoolvakanties en op studiedagen. Echter is deze opvang op een andere locatie:

  • Voorschoolseopvang (VSO) Locatie: Kloosterstraat 14.
    Vanaf 7:30 uur ’s morgens tot aanvang basisschool (8:30u).
  • Vakantieopvang (VAK)
    In de schoolvakanties en op studiedagen zijn we geopend van 7.30 uur tot 18.00 uur. Locatie Heesterseweg en Kloosterstraat 14 en in de zomervakantie op een “campingveld” aan de Coppensdijk.

 

 

1.1 De basisgroep

Op BSO Buiten & Zo wordt de vertrouwde omgeving onder andere gecreëerd, doordat de kinderen een vaste groepsruimte en stamgroep hebben. Deze groepsruimte is een herkenbare en vertrouwde plek voor kinderen.

 

Na schooltijd gaan de kinderen die gebruik maken van de BSO met de auto of op de fiets naar de locatie BSO Buiten & Zo. We hebben daar een groepsruimte tot onze beschikking, waar we met één basisgroep van maximaal 22 kinderen in zullen verblijven. Twee pedagogisch medewerkers zullen de groep begeleiden. De kind/leidster ratio is 1 op 11 kinderen.

 

De voorschoolse opvang vindt plaats op de Kloosterstraat 14. Er is één basisgroep in de leeftijd van 7 t/m 12 jaar. De grootte van de basisgroep is maximaal 22 kinderen.

 

 

1.1.2 Samenvoegen van basisgroepen

Op studiedagen of in de vakantieperiode zullen de kinderen met een contract inclusief vakanties, verblijven op een andere locatie. De opvang zal dan op de Heesterseweg 5a zijn. Mocht het aantal aangemelde kinderen zodanig zijn dat de Heesterseweg niet voldoende ruimte biedt, kunnen we ook nog uitwijken naar de Kloosterstraat 14. De vakantiegroep op een locatie wordt gezien als één vakantiegroep. Daarbij wordt natuurlijk rekening gehouden met de maximale mogelijke bezetting en het kind/leidster ratio. Er wordt gebruik gemaakt van de twee groepsruimten om te spelen en te eten. Er worden echter wel activiteiten aangeboden voor de verschillende leeftijdsgroepen.

 

 

1.2 Pedagogisch medewerkers

Op de groep werken MBO/HBO gediplomeerde vaste pedagogisch medewerkers die al jaren ervaring bij Het Beertje hebben. Bovendien zijn zij allen in het bezit van het diploma EHBO voor kinderen. De pedagogisch medewerkers zijn verantwoordelijk voor het dagelijkse reilen en zeilen op de groep. Bij Het Beertje zijn dit altijd vertrouwde pedagogisch medewerkers. Op de groepen staan altijd dezelfde krachten. Er zijn 5 vaste BSO pedagogisch medewerkers in dienst. Als pedagogisch medewerkers vrij zijn of door ziekte niet kunnen werken, worden zij vervangen. Er wordt dan bekeken hoe het intern opgelost kan worden, een pedagogisch medewerker die niet ingedeeld staat kan als inval dienen. Tevens hebben wij een vaste invalkracht. Indien mogelijk kan de locatie manager invallen. Zij werkt een aantal uren groep gebonden en een aantal uren op kantoor.

 

 

1.2.1. Ondersteuning andere volwassenen

Ondersteuning door andere volwassenen geschiedt op incidentele basis. Daarbij kunt u denken aan het inzetten van directieleden bij een activiteit of uitstapje. Ook de facilitaire hulp die in dienst is bij Het Beertje kan af en toe ingezet worden als hulp bij de BSO Buiten & Zo. Wij werken niet met vrijwilligers.

 

 

1.3 Stagiaires en beroepskrachten in opleiding

Op onze vestigingen lopen regelmatig leerlingen van beroepsgerichte opleidingen stage. We worden ondersteund door enthousiaste stagiaires van de opleiding Sociaal Pedagogisch Werk. De stagiaires worden begeleid door een stagebegeleider die als pedagogisch medewerker werkzaam is op de groep waar de stagiaire stage loopt. Na een werkinstructie van de stagebegeleider, voert de leerling de taak uit. Eerst onder begeleiding, later steeds meer zelfstandig, maar altijd onder het toeziend oog van een gekwalificeerd pedagogisch medewerker. Naarmate de stage vordert mogen de stagiaires steeds meer werkzaamheden uitvoeren. Stagiaires ondersteunen onder andere bij de verzorging van de kinderen en bij de activiteiten die we doen. Alle stagiaires zijn in het bezit van een geldig VOG.

 

Een overzicht van de mogelijke stagiaires:

Snuffelstagiaires

lopen vaak 1 dag tot een week mee. Vooral als hulp op de groep en om te kijken hoe het er in de kinderopvang aan toe gaat. Deze stagiaires zijn niet bevoegd om pedagogische handelingen uit te voeren.

 

Niveau 1 en 2

Helpende op de groep, deze stagiaires lopen een langere periode, half jaar of jaar en helpen bij werkzaamheden zoals het eten met de kinderen en assisteren bij pedagogische handelingen.

 

Niveau 3 en 4

In opleiding voor pedagogisch werker. Stage periode vaak van een half jaar tot een jaar. Deze stagiaires mogen onder begeleiding pedagogische handelingen verrichten.

 

Daarnaast zijn er pedagogisch medewerkers in dienst die de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL) volgen. Zij volgen een deeltijdopleiding naast hun werk als pedagogisch medewerker. BBL-leerlingen kunnen zowel op de BSO, op het KDV als op de Speel-leerschool worden ingezet. Indien zij alle taken voldoende kunnen uitvoeren en voldoende stage uren hebben gemaakt, mogen zij volledig zelfstandig als pedagogisch medewerker worden ingezet. Afhankelijk van de competenties van de leerling kan Het Beertje de leerling formatief (als beroepskracht) inzetten. De formatieve inzetbaarheid is oplopend van 0-100% in de eerste twee fasen. Dit wordt vastgesteld en schriftelijk vastgelegd op basis van informatie van de opleidings-en praktijkbegeleider. De opleidingsfases zijn bij een normatieve opleidingsduur van drie jaar conform de leerjaren. Bij een andere opleidingsduur wordt de fase en de ingangsdatum ervan bepaald op basis van informatie van de opleiding.

 

Maximaal 33.3% van de formatieve inzetbaarheid mag per locatie uit beroepskrachten in opleiding bestaan. Van januari t/m onbepaalde tijd is er door de Overheid een uitzondering gemaakt, dan geldt 50% van de formatieve inzetbaarheid mag per locatie uit BBL’ers bestaan.

 

Wij als organisatie vinden het belangrijk om bij te dragen aan het opleiden van goed gekwalificeerd personeel in de kinderopvang. De pedagogisch medewerkers die een stagiaire begeleiden worden tijdens de begeleiding gecoacht door de manager en pedagogisch coach.

 

 

1.4 Achterwacht

Tijdens de tijden van de voorschoolse opvang op de Kloosterstraat dient Anita van der Stappen als achterwacht. Zij kan binnen 8 minuten aanwezig zijn op de Kloosterstraat. Wanneer zij niet in de gelegenheid is zal de directie als achterwacht dienen. Zij zijn binnen 10 minuten op de locatie. Als achterwacht in geval van calamiteiten tijdens de naschoolse opvang is de locatie manager beschikbaar en de directie. Het kantoor van de directie bevindt zich aan de Heesterseweg 5a, op 2 minuten lopen van BSO Buiten & Zo. Daarnaast zijn Het Beertje Heesch en Geffen 7 minuten met de auto zo dicht bij elkaar gelegen, dat de locaties voor elkaar achterwacht zijn.

 

 

1.5 Kind/leidster ratio

De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de stamgroep van de BSO bedraagt ten minste:

  • 1 beroepskracht per 11 aanwezige kinderen.

 

 

1.6 Half-uursregeling en drie-uursregeling

Half-uursregeling

Gedurende reguliere schoolweken kunnen voor de buitenschoolse opvang ten hoogste een half uur per dag minder pedagogisch medewerkers worden ingezet dan volgens de BKR (beroepskracht -kind ratio) is vereist, maar nooit minder dan de helft van het aantal benodigde pedagogisch medewerkers. Is er in zo’n situatie slechts één pedagogisch medewerker aanwezig bij Het Beertje, dan is er ter ondersteuning tenminste één andere volwassene aanwezig.

 

Op de Voorschoolse opvang begint er een pedagogisch medewerker op de meeste dagen om 7:00u. Om 7.30u komt een andere pedagogisch medewerker haar versterken. Op vrijdag zijn er op dit moment minder dan 12 kinderen waardoor er slechts één pedagogisch medewerker nodig is. Tijdens de Voorschoolse opvang wordt er niet afgeweken van de BKR.

 

Voor de Naschoolse opvang bij BSO Buiten & Zo starten 2 pedagogisch medewerkers allemaal om 13.45u. Om 17.30u is er een pedagogisch medewerker klaar met werken, waardoor er dus één pedagogisch medewerker nog aanwezig is. Meestal zijn er vanaf 17.30u minder kinderen aanwezig, waardoor we niet afwijken van de beroepskracht kind ratio. Dus tussen 14.15u en 17.30u wordt er niet afgeweken van de BKR. Echter tussen 17.30u en 18.00u kan het zijn dat er meer kinderen aanwezig dan volgens de BKR is toegestaan. Het kan zijn dat kinderen later worden opgehaald, bijvoorbeeld door veel files. Als we merken dat er structureel dat half uur meer kinderen nog aanwezig zijn dan volgens het BKR toegestaan is, zullen we aan de medewerker vragen tot 18:00u te blijven en het rooster daarop aanpassen.

 

Drie-uursregeling

Beslaat de opvang van de kinderen de gehele dag (bijvoorbeeld tijdens vakanties) dan geldt voor de afwijking van de BKR de drie-uursregeling.

Deze drie uursregeling is alleen toepasbaar op bepaalde tijdstippen.

  • Voor 9.30 uur
  • Tussen 12.30 uur en 15.00 uur
  • Na 16.30 uur

 

Afwijken van de vereiste BKR is niet toegestaan tussen 09.30u en 12.30u en tussen 15.00u en 16.30u. Vóór 09.30u en na 16.30u mag de afwijking van de BKR niet langer duren dan anderhalf uur aaneengesloten en in de pauzeperiode tussen 12.30u en 15.00u niet langer dan twee uur aaneengesloten. Dit alles met een maximum van drie uur per dag. Kinderopvang Het Beertje voldoet aan de drie uurs regeling.

 

Op een vakantie of studiedag begint er een pedagogisch medewerker om 7.30u en stopt met werken om 17.30. Om 8.30u u komt er nog een Pedagogisch medewerker. Zij werkt tot 18.00u. Tijdens vakantieopvang komt het voor dat er wordt afgeweken van de BKR tussen 7.30u en 8.30u, van 17.30 tot 18.00 en tussen 12.30u en 14.00u. Tussen 12.30u en 14.00u wordt er door de pedagogisch medewerkers één voor één een half uur gepauzeerd. De pedagogisch medewerkers verblijven tijdens hun pauze meestal in het gebouw. De pedagogisch medewerker is nooit alleen in het gebouw, omdat zowel de directie als de facilitaire hulp aanwezig is.

 

Per 1 juli 2023 is de drie-uurs regeling versoepeld.

We hoeven niet meer de exacte tijden vast te leggen

waarop de houder drie uur per dag afwijkt van de BKR.

Aangezien wij volgens dit tijdschema blijven werken

en we u willen laten zien op deze momenten we afwijken,

laten we het zo staan in ons beleidsplan.

 

 

1.7 Beschrijving locatie binnen

De ruimtelijke omgeving moet een fysieke, maar ook emotioneel een veilige plaats zijn, met voldoende uitdaging voor elk kind afzonderlijk. Het Scoutinggebouw is in 2019 in gebruik genomen. Een nieuw gebouw dat uitermate geschikt is voor opvang van kinderen in de basisschool leeftijd. De BSO groep maakt gebruik van het linker gedeelte van het gebouw. In de avonduren en de weekenden verblijven er de kinderen van de scouting. Rechts is bedoelt voor ’t Gilde en de Jeugdvakantieweek. Hier zullen wij niet komen.

 

Groepsruimte Naschoolse opvang

De groepsruimte is met zijn 136.5 m2 groot te noemen. In de ruimte staan grote tafels waar men kan knutselen en waar aan gegeten kan worden. Tegen de wand staat een grote kast vol met verschillende, uitdagende spelletjes en spelmaterialen. Vanwege het feit dat de ruimte in de avonduren en weekenden ook gebruikt wordt door de scouting is het niet mogelijk om blijvende speelhoekjes te creëren. De speelmogelijkheden creëren we elke middag opnieuw, door verschillend speelmateriaal, zoals lego, constructiemateriaal, knutselspullen of bijvoorbeeld poppenspullen neer te leggen voor de kinderen. Dit naar gelang de wens van de kinderen. Het gebouw heeft ook een keuken waar we gebruik van mogen maken. We kunnen met de kinderen hier dus ook koken.

 

Sanitaire ruimte

Er zijn voor de BSO kinderen drie wc’s, 2 urinoirs en 2 douches aanwezig. Naast de wc’s is een keukenblokje waar de kinderen hun handen moeten wassen.

 

 

Groepsruimte Voorschoolse Opvang op de Kloosterstraat

De voorschoolse opvang wordt verzorgd in een schattige boerderij naast MFC de Koppellinck en de basisschool de Wissel. De benedenverdieping is ingedeeld in verschillende huiselijke ruimten waar de kinderen de gelegenheid hebben om in meerdere ruimten te spelen. In elke ruimte is er plek voor ander spel. De ruimte is voorzien van voldoende tafels en stoelen om gezellig te kleuren, spelletjes te doen of te kletsen. In de kasten staat speelmateriaal waar de kinderen gebruik van mogen maken en zelf kunnen pakken.

 

 

1.8 Beschrijving locatie buiten

Wij vinden het belangrijk dat kinderen vaak buiten spelen en bij deze BSO wordt dat geen enkel probleem!

 

Buitenruimte BSO Buiten & Zo

Deze locatie heeft een prachtig buitenterrein. Een heel groen grasveld waar we verschillende activiteiten kunnen organiseren. We kunnen er goaltjes maken voor een partijtje voetbal, tennissen, honkballen, zwembadjes opzetten of gewoon lekker luieren in de zon. Buitenspelmateriaal in overvloede. Achter in het veld is een theaterkuil met voorzieningen voor een kampvuur. Er wordt bij Het Beertje toezicht gehouden tijdens het buitenspelen. Wanneer de kinderen in de tuin spelen kan de pedagogisch medewerker ook van binnenuit toezicht houden. Zij gaat dan regelmatig naar buiten om te kijken hoe het gaat, maar hoeft niet gehele tijd buiten aanwezig te zijn. Het terrein is volledig omheind en afsluitbaar. Aan het gebouw bevindt zich een grote overkapping met 3 grote picknicktafels. Ook bij regen kunnen we lekker droog buiten zitten!

 

 

Arboretum

Grenzend aan het terrein ligt het arboretum. Een prachtig aangelegd natuurgebied met een wandelpad en een huisje, boompje, beestje pad voor de kinderen, waar houten dieren gezocht kunnen worden. Er is daar heel veel ruimte om te rennen, ravotten, verstoppertje te spelen, en bosspelen te organiseren. Dit park is vrij toegankelijk en biedt dus veel mogelijkheden voor spel en ontdekking. Kinderen spelen hier altijd onder begeleiding en ze mogen ook niet zonder toestemming hiernaar toe lopen.

 

 

Buitenruimte Kloosterstraat 14 (VSO)

Achter de boerderij is een ruime buitenspeelplaats, waar de kinderen lekker kunnen spelen. Er is gras om lekker met een bal te spelen, mogelijkheid om te fietsen en genoeg materiaal om bijvoorbeeld te badmintonnen of hockeyen. Daarnaast is er mogelijkheid om op het aangrenzende plein te spelen. Deze speelplaats wordt ook gebruikt door basisschool de Wissel. Er is een zandbak, 2 schommels, wipwap, rekstok, wilgenhutjes om in te verstoppen, een pannaveldje om te voetballen, een tafeltennistafel, een twisterveld en een groot klimrek. De pedagogisch medewerkers gaan ten allen tijden mee naar buiten om toezicht te houden. Het speelterrein is omgeven door een hek.

2.Intake en gewenning

 

 

2.1 De intake

Voordat de ouders zich inschrijven voor de BSO zijn ze al samen met hun kind(eren) gekomen om de sfeer te proeven en een indruk te krijgen van de BSO van Het Beertje. We vinden dat belangrijk omdat ouders op deze manier een betere keuze kunnen maken voor goede opvang van hun kind. Wij hebben dan alle tijd om de ouders rond te leiden en de vragen te beantwoorden.

 

Zodra de ouders hun kind hebben opgegeven bij Het Beertje worden de ouders uitgenodigd voor een intakegesprek. De ouders vullen een gegevensformulier in, waarop gegevens over eten, allergieën, medicatie en bijzonderheden van het kind staan genoteerd. Dit formulier komt in een map op de groep te liggen. In het gesprek noteren wij ook individuele wensen en afspraken met betrekking tot het naar school brengen, zelfstandig naar school gaan enzovoort.

 

 

2.2 Het Mentorschap

Elk kind dat wordt opgevangen bij Kinderopvang Het Beertje wordt gekoppeld aan een vaste pedagogisch medewerker (mentor). De mentor is een pedagogisch medewerker van de eigen stamgroep, die het kind regelmatig ziet. Er wordt ook gekeken naar een eventuele ‘klik’. De mentor doet het intakegesprek zodat er meteen kennis gemaakt wordt. Bij afwezigheid van de mentor kan de intake plaats vinden met een andere pedagogisch medewerker. De mentor zal zo snel mogelijk zorgen voor een overdracht van de collega die de intake heeft gedaan en bij aanwezigheid kennismaken met het kind en ouder. De mentor ontfermt zich vanaf het eerste begin over het kind en zorgt dat het kind kennismaakt met de ruimte, de huisregels, de overige pedagogisch medewerkers en de andere kinderen binnen de groep. Geleidelijk aan leert het kind op deze manier omgaan met de groepsnormen en het dagritme. Met het oog op een betere signaleringsfunctie is de mentor altijd verantwoordelijk voor de ‘grote lijnen’ van de aan de mentor toevertrouwde kinderen. Als er bijzonderheden zijn rond de ontwikkeling van een kind dan bespreekt de mentor deze met de ouders. Bij de dagopvang houdt de mentor één keer per jaar een tien minuten gesprek met de ouders. Bij de BSO zal dit gesprek met het kind plaatsvinden. Bij zorgen rondom een kind worden ouders tussentijds uitgenodigd voor een of meerdere extra gesprekken. De mentoren worden in het gehele proces ondersteund en gecoacht door de leidinggevende.

 

Deze mentor heeft de volgende specifieke taken:

  • De mentor is contactpersoon voor kind, ouder, collega’s en met toestemming van ouder eventueel voor derden.
  • De mentor houdt de ontwikkeling en het welbevinden van het kind in de gaten.
  • Bij zorgen of vragen met betrekking tot het kind maakt de mentor dit inzichtelijk. De eventuele gesprekken die hieruit voortkomen worden door de mentor gevoerd in overleg met de leidinggevende.
  • De mentor is het aanspreekpunt voor alle vragen en opmerkingen over de opvangdag van het kind. De algemene dagelijkse overdrachtszaken kunnen natuurlijk gewoon met alle pedagogisch medewerkers van de betreffende dag worden besproken. . De mentor is verantwoordelijk voor het plannen en houden van de intake-en het eventuele exitgesprek.
  • De mentor is op de hoogte van persoonlijke zaken van het kind, bijvoorbeeld het kennen van de sporten en hobby’s die het kind volgt of heeft. Verder regelt de mentor het vieren van de verjaardag en afscheid bij vertrek van de locatie of opvang.

 

 

2.3 Het Wennen

Elk kind heeft de mogelijkheid om een middagje te komen kijken op de BSO en alvast te wennen aan de nieuwe opvang. Heeft een kind meer tijd nodig om te wennen, dan zal dit in overleg met de pedagogisch medewerkers afgestemd worden. Pedagogisch medewerkers zullen het kind begeleiden tijdens het wennen, zodat het zich veilig en vertrouwd gaat voelen in de groep.

3. Een dag op de BSO

 

De voorschoolse opvang begint om 7.30uur en op aanvraag vanaf 7:00 uur. Wanneer uw kind in de ochtend nog niet heeft ontbeten is het mogelijk om een broodtrommeltje mee te geven. Uw kind kan dan bij de Voorschoolse opvang het brood in alle rust opeten.

 

 

3.1 Het dagprogramma

Bij de NSO werken we met een vast programma. Dit geeft de kinderen een veilig en vertrouwd gevoel. De kinderen worden door de pedagogisch medewerkers opgehaald van school. Als alle kinderen bij Het Beertje zijn, eten we gezamenlijk fruit, cracker of peperkoek en drinken er water bij. Daarna gaan de kinderen spelen. Omdat wij het belangrijk vinden dat de kinderen de NSO als vrije tijd zien, mogen de kinderen gaan doen waar ze zin in hebben. De pedagogisch medewerker draagt activiteiten aan, maar de kinderen zijn niet verplicht om deel te nemen aan de activiteiten.

 

 

3.2 Vervoer

De kinderen van de VSO worden rond 8.15u onder begeleiding van de pedagogisch medewerker naar school gebracht. De kinderen uit de groepen 1-2 worden naar het klaslokaal gebracht. De andere kinderen zeggen we gedag op het schoolplein. Van deze kinderen wordt verwacht dat zij zelf naar de klas lopen. ’s Middags worden de kinderen door de pedagogisch medewerkers van school opgehaald. Dit gebeurt met auto’s of op de fiets. Ouders geven voor het fietsen toestemming. De ouder kan toestemming geven dat hun kind zelfstandig op de fiets naar de locatie komt of aangeven dat het kind onder begeleiding van een pedagogisch medewerker naar de locatie mag fietsen. De kinderen worden altijd door vertrouwde medewerkers gebracht en gehaald en er is duidelijk met de kinderen afgesproken waar er na schooltijd verzameld wordt.

 

 

3.3 Halen en brengen door de ouders

Kinderen die gebruik maken van de VSO moeten voor 8.15u op de Kloosterstraat zijn, anders kunnen wij niet garanderen dat uw kind en andere kinderen op tijd op school zijn. Op de breng -en haalmomenten wordt belangrijke en leuke informatie door de ouders en pedagogische medewerkers uitgewisseld. Deze contactmomenten zijn kort. Het is altijd mogelijk om met een pedagogisch medewerker een gesprekje op een ander moment aan te vragen. Wanneer u kind door iemand anders dan u of uw partner opgehaald wordt willen wij dit graag van te voren weten.

 

 

3.4 Activiteiten op de NSO

 

Buiten en binnen spelen

De kinderen mogen zelf kiezen waar ze mee gaan spelen. Er zijn spelletjes, puzzels, boeken, poppen, allerhande teken-en knutselmaterialen en lego. Buiten is er ook voldoende uitdaging voor de kinderen. In de zomer zorgen wij voor waterspelletjes, sproeiers of een buik schuifbaan die voor de nodige verkoeling kunnen zorgen.

 

Doenkids

Bij de buitenschoolse opvang werken we met het programma Doenkids. Doenkids is een online activiteitendatabase waar we heel veel inspiratie kunnen opdoen voor leuke activiteiten voor de BSO. De pedagogisch medewerkers kunnen alleen of samen met de kinderen uit deze database originele en leerzame activiteiten halen, waardoor een BSO middag nog leuker wordt!

 

Uitstapjes

Met de kinderen van de NSO worden ook uitstapjes gemaakt, zoals naar het Bomenpark Geffen, de bossen, Jan Cunen centrum, Slabroek educatiecentrum of naar een speeltuin in de buurt. Wij bezoeken met de kinderen geen grote pretparken of indoor speeltuinen. Grote parken zijn onoverzichtelijk en minder veilig in onze ogen. Door het klein en dicht bij huis te houden kunnen we de kinderen goed in de gaten houden en de nodige aandacht geven en worden lange reistijden vermeden. Bovendien is onze ervaring dat de kinderen ook zeer genieten van de hierboven genoemde uitjes.

 

Vakantie

Tijdens de schoolvakanties wordt de dagindeling aangepast en wordt er altijd wel iets extra’s georganiseerd. Als het weer het toelaat gaan we in de vakanties picknicken, naar de speeltuin en /of zwemmen.

Onze favorieten plaatsen zijn:

  • De speeltuinen Speulhof met kunstgras voetbal/hockeyveld en de speeltuin de Klimop Geffen
  • Het Bos, omgeving Geffense Plas . De Zandverstuiving Nuland
  • ‘t Heike speeltuin-zwembad-kinderboerderij in Nuland
  • Elckerlyc Speeltuin en Kinderboerderij Oss
  • Dierenbos (zwemvijver, zwembad, speeltuin)

 

 

Tijdens studie -of vakantiedagen krijgen de kinderen in de ochtend fruit met een maiswafel of soepstengel, groeten en fruit. In de vakantie periode wordt er weleens gevarieerd met eten, zoals een broodje knakworst, poffertjes of pannenkoeken. De pedagogisch medewerkers besteden ook aandacht aan de tafelmanieren, zoals het niet knoeien met eten en blijven zitten tijdens het eten. Tijdens warme zomerdagen worden kinderen extra gestimuleerd om te drinken. Op onze website is het volledige voedselbeleid te vinden.

 

Gewoontes voor het eten en drinken

Voor het eten wassen de pedagogisch medewerkers en de kinderen hun handen Er wordt gewacht met eten totdat iedereen een boterham heeft. Er wordt met het mondje dicht gegeten en niet gepraat met volle mond. Er wordt niet geboerd aan tafel.

 

 

3.5 Speciale dagen

 

Verjaardagen

Er is altijd gelegenheid om een verjaardag te vieren. Het is aan de kinderen en ouder(s)/ verzorger(s)om te bepalen of ze bij de NSO aandacht willen besteden aan hun verjaardag. Wanneer een verjaardag gevierd wordt maken we er na het drinken en een hapje een klein feestje van. Er worden verjaardag liedjes gezongen en de kinderen begeleiden zichzelf met muziekinstrumenten. De jarige mag trakteren, liefst een kleine traktatie.

 

Sinterklaasfeest

Er worden veel Sinterklaasliedjes gezongen, er worden Sinterklaas en Piet knutsels gemaakt en er worden pepernoten gebakken.

 

Carnaval

De kinderen mogen allemaal hun eigen carnavalsoutfit meenemen van thuis. Er wordt dan gezongen, gedanst en natuurlijk de polonaise gelopen.

 

Het kerstfeest

Samen met de kinderen brengen wij het lokaal in kerstsfeer. We maken kerstknutsels en zingen kerstliedjes. Van de dag voor kerst maken we een bijzondere dag, waar de pedagogisch medewerker een invulling aan zal geven. Met de kerstdagen zelf zijn wij gesloten.

4. Zomerverblijf CAMPING

 

In de zomervakantie gaat Het Beertje met de BSO kinderen 6 weken voor de dagrecreatie naar een groot grasveld aan de Coppensdijk in Vinkel. We hebben hier de beschikking over een groot kampeerterrein en een toiletwagen. We hebben op dit kampeerterrein een grote tent staan. Aan de overkant, op loopafstand bevindt zich het Vakantiepark Dierenbos. De kinderen en pedagogisch medewerkers mogen gebruik maken van de speeltuintjes, zwemvijver en het zwembad. Op deze manier hebben die kinderen die niet op vakantie gaan toch een vakantie gevoel en is de dag net iets anders dan tijdens de reguliere schoolweken! De zomervakantie moet speciaal zijn!! De kinderen worden door de ouders zelf naar deze locatie gebracht en opgehaald.

 

Natuurlijk hebben we ook voor het verblijf op het grote kampeerveld een Beleid Veiligheid en Gezondheid opgesteld. Deze is in te zien op de BSO locatie. Er zijn op de dagen dat we op de camping verblijven voldoende pedagogisch medewerkers aanwezig. Bij grote groepen zelfs 1 meer dan de Beroepskracht ratio adviseert.

 

Globaal programma

09.30u Iedereen is op het kampeerterrein veld aanwezig.

09.30u Fruit, drinken en een lekkere koek

10.00u We bezoeken samen met de kinderen het Dierenbos. We spelen in de speeltuintjes of we zwemmen/spelen in het water.

12.30u Er wordt gezamenlijk gepicknickt bij de tent.

13.00u Knutselen/spelen bij de tent.

14:00u Bij mooi weer wordt de waterglijbaan aangezet en wordt er gespeeld met water/activiteiten Doenkids.

15.00u Iets eten en drinken.

15.30u Een spel, zoals levend stratego.

16.30u Ouders komen de kinderen ophalen.

 

 

4.1 Meerdere basisgroepen tijdens vakantie op Dierenbos

De kinderen van onze BSO locatie Heesch zullen ook naar de camping komen. Dit betekent dat er dus meerdere basisgroepen opgevangen worden (een basisgroep is een vaste groep kinderen verbonden aan hun eigen pedagogisch medewerker). Een basisgroep bestaat maximaal uit 22 kinderen. We zorgen ervoor dat voor beide basisgroepen bekende pedagogisch medewerkers aanwezig zijn. De voor hun vertrouwde pedagogisch medewerker blijft gedurende de dag aanwezig en blijft verantwoordelijk voor de kinderen uit hun eigen basisgroep. De structuur van de dag is gelijk. Dus herkenbaar voor het kind. Een duidelijke structuur, grenzen en regels (zelfs tijdens de vakantie) bevorderen het gevoel van veiligheid voor de kinderen en daarmee het zelfvertrouwen en de zelfstandigheid.

 

We zien leuke vriendschappen ontstaan tussen de kinderen uit de verschillende basisgroepen en sommige ontmoeten elkaar ook weer op de middelbare school!!

 

Het kan voorkomen dat er tijdens het verblijf op de camping meer dan 30 kinderen opgevangen worden. Om het welbevinden van de basisgroep te waarborgen tijdens activiteiten met een groep groter dan 30 kinderen, houden we rekening met het volgende:

 

  • De kinderen hebben in de ochtend hun vertrouwde pedagogisch medewerkers en hun bekende vriendjes kunnen ontmoeten. Daarna zullen de basisgroepen op de camping samen opgevangen worden. De kinderen blijven echter wel de voor hun bekende pedagogisch medewerker houden gedurende de dag, een vertrouwd gezicht om naar toe te gaan. De pedagogisch medewerker weet ook welke kinderen in welke basisgroep hoort.
  • Er moet goede aandacht zijn voor elk kind afzonderlijk in zo’n grote groep, daarom plannen we altijd een of twee pedagogisch medewerkers méér in dan vereist is, zodat er genoeg tijd en ruimte is voor individuele benadering. Bovendien wordt hiermee ook voldoende veiligheid gewaarborgd.
  • Daar waar mogelijk verdelen we de grote groep en de activiteiten in tweeën, hierbij houden we rekening met de leeftijden en de behoeften van de kinderen, zo worden de groepen overzichtelijker en makkelijker te sturen door de pedagogisch medewerkers. Dit gebeurt bijvoorbeeld als de oudere kinderen gaan zwemmen in het binnenbad en de jongere kinderen deelnemen aan een andere activiteit.
  • De basisgroepen worden nog eens extra visueel gemaakt door te werken met gekleurde polsbandjes met het telefoonnummer erop van de campingtelefoon. Elke basisgroep heeft een eigen kleur. Hoewel de kinderen elkaar kennen en zelf weten of ze in basisgroep Heesch of Geffen horen, maakt dit het voor kind en pedagogisch medewerker extra duidelijk.
5. Het kind

 

 

5.1 Observeren

In tegenstelling tot de dagopvang, voeren wij op de BSO geen jaarlijkse oudergesprekken, maar voert de mentor gesprekken met het kind zelf. De pedagogisch medewerkers hebben een signalerende rol, ten aanzien van de ontwikkeling van het kind. Roept de ontwikkeling van het kind vragen op, dan wordt dit na observaties, overleg met collega’s , besproken met de ouders. Afhankelijk van de ernst van de situatie, kan dit zijn tijdens een rustig haal-of brengmoment, of in een apart gesprek met de mentor. Eventuele ontwikkelingsachterstanden, vermoeden van stoornissen worden op deze manier vroegtijdig gesignaleerd. Als de ouders onze zorg delen, dan wordt afhankelijk van de noodzaak, in overleg met hen de hulp ingeroepen van een externe instantie zoals bijvoorbeeld de huisarts, GGD of het centrum voor jeugd en gezin.

 

We zijn geregeld in overleg met partners als het basisonderwijs, het consultatiebureau, logopediste, kinderfysiotherapeut of Centrum Jeugd en Gezin om zo tot een juiste signalering en zo tot een juiste aanpak te komen. Schematisch weergegeven:

 

 

 

5.1.1. Ondersteuning van Pedagogisch medewerkers bij observeren/signaleren

Om ervoor te zorgen dat de pedagogisch medewerkers de taak van observeren en signaleren goed kunnen uitoefenen, worden zij geregeld in staat gesteld hun kennis te vergroten. Er worden geregeld cursussen of workshops aangeboden gericht op deze pedagogische vaardigheden of over de ontwikkeling van kinderen. Elk jaar wordt er een opleidingsplan opgesteld. Ook is er een orthopedagoog in dienst die regelmatig overleg heeft met de pedagogisch medewerkers. Zij kan handvatten geven ter ondersteuning.

 

 

5.2 Pedagogisch beleidsmedewerker/coach

 

Pedagogisch beleidsmedewerker

Bij Het Beertje is er een pedagogisch beleidsmedewerker werkzaam. Zij ontwikkelt het pedagogisch beleid en zorgt ervoor dat het beleid gedragen wordt door de pedagogisch medewerkers. Zij signaleert ontwikkelingen en knel-en verbeterpunten binnen het pedagogisch beleid.

 

Pedagogisch coach

Naast een pedagogisch beleidsmedewerker hebben wij een externe pedagogisch coach aangesteld voor het verbeteren van de pedagogische kwaliteit en de ontwikkeling van de pedagogisch medewerkers. Een coach begeleidt en traint onze medewerker(s) bij de dagelijkse praktijkwerkzaamheden. De pedagogisch coach loopt verschillende dagen rond op de locaties en helpt bij acute vragen of problemen die zich voordoen. Zij helpt medewerkers in het signaleren van knelpunten in hun werkzaamheden, kennis en vaardigheden en achterhaalt samen hun coachingsbehoeften.

Tijdens de vergaderingen zullen ook onder begeleiding van de pedagogisch coach casusbesprekingen plaatsvinden, zodat de pedagogische kwaliteit verbeterd wordt.

 

Berekening aantal uren inzet

Op 1 januari van elk jaar stelt Het Beertje vast hoeveel uur inzet vereist is voor zowel de beleidsvormgeving als de coaching. Voor de pedagogische beleidsontwikkeling moet per jaar 50 uur per locatie beschikbaar zijn. Het Beertje heeft 7 locaties. Dus in totaal moet er 400 uur per jaar besteedt worden aan beleidsvormgeving. Voor de coaching van de pedagogisch medewerkers moet per jaar 10 uur per FTE beschikbaar zijn. Daarbij gaat het om vast personeel en oproepkrachten. Het Beertje heeft vanaf 1 januari 2024 21 FTE in dienst. Dit betekent dat er 210 uur per jaar coaching aan de medewerkers gegeven moet worden.

 

 

5.3. Kindertherapeute/opvoedcoach

Het opvoeden van kinderen brengt uitdaging met zich mee, sommigen klein en sommigen wat groter. U kunt hierbij denken aan uw kind dat moeite heeft met slapen, een lastige eter is, moeilijk vriendjes maakt of bijzonder gedrag laat zien. Maar ook als uw kind zich “normaal” ontwikkelt, kunt u zich als ouder onzeker of gespannen voelen: ben ik niet te streng? Waarom doet mijn kind wat hij/zij doet en past dat wel bij de leeftijd? Waar komt dit gedrag vandaan? Allemaal kwesties en vragen die bij u als ouder/verzorger kunnen spelen…

De kindertherapeute en opvoedcoach binnen Het Beertje kijkt graag met u mee! Zij gaat graag met u in gesprek over de kleine of grote dingen waar u in het ouderschap tegen aan loopt. Samen kunnen we onderzoeken wat er speelt en mogelijk kunnen we samen kijken naar verbetering van de situatie. Het is erg begrijpelijk dat het voor ouders/verzorgers soms lastig is om het over deze zaken te hebben. Daarom vinden wij van Het Beertje het ook zo belangrijk dat we deze dingen op een laagdrempelige, vrijblijvende manier kunnen bespreken.

 

 

5.4 Samenwerking basisschool

Als uw kind vanuit de kinderopvang naar de basisschool gaat vindt er een warme overdracht plaats met de onderbouw coördinator . Aan de hand van de KIJK Observatielijst gaan wij in gesprek met de school. De leerkrachten op school zijn op deze manier op de hoogte van de vaardigheden van uw kind. Ook weet hij/zij wie het kind heeft begeleid op de kinderopvang en kan er eventueel terugkoppeling komen. Voordat wij het observatieformulier aan de basisschool geven gaan wij eerst met de ouders in gesprek. U kunt van ons ook altijd een extra exemplaar van het formulier mee krijgen, wat u zelf op de basisschool kunt afgeven. Indien gewenst kunnen we nog een mondelinge toelichting geven. Wanneer er zorgen zijn over een kind zal er door de BSO ook contact opgenomen met de school of andersom. Het is belangrijk dat er gekeken wordt naar meerdere systemen waar een kind mee te maken heeft. Op deze manier kunnen we door samen te werken tot de juiste signalering en zo tot een juiste aanpak komen.

 

 

5.5 Kinderparticipatie

Wij vinden het bij de Buitenschoolse Opvang belangrijk dat kinderen inspraak hebben. Door kinderen zelf te laten denken en hun mening te geven over de buitenschoolse opvang werken kinderen aan hun zelfstandigheid en zelfvertrouwen. De kinderen wordt regelmatig gevraagd welke spelen of zaken er nog gemist worden op de BSO en in overleg met de kinderen worden er regels opgesteld. Door het gebruik van participatie geef je de kinderen ook het gevoel dat de BSO echt van henzelf is.

 

 

5.6 Interactie met het kind

Als kinderopvang vinden wij het belangrijk dat er goed geluisterd wordt naar de kinderen en op een goede manier gecommuniceerd wordt. Op deze manier bouwen we een vertrouwde relatie op met de kinderen.

  • We communiceren letterlijk op het niveau van de kinderen, door veel bij hun op de grond te zitten, door de knieën te gaan en de kinderen aan te kijken.

 

Actief en aandachtig luisteren

  • De pedagogisch medewerker maakt en houdt oogcontact met het kind.
  • Als het kind is uitgesproken dan toont de pedagogisch medewerker interesse door vragen te stellen.

 

Praten, uitleggen en luisteren

  • De pedagogisch medewerkers verwoorden wat ze gaan doen
  • De pedagogisch medewerkers verwoorden wat er gaat gebeuren

 

Praten over gevoelens van het kind

  • De pedagogisch medewerker verwoordt de gevoelens van het kind en bevestigt ze. Bijvoorbeeld: “Dat ziet er pijnlijk uit, ben je gevallen?”. “Ik kan me voorstellen dat het pijn doet!”.

 

Prijzen

Vaak wordt het belang van prijzen van de kinderen of het geven van andere sociale beloningen zoals glimlachen en knuffelen aai over de bol over het hoofd gezien. Mensen denken dat kinderen zich moeten kunnen gedragen zonder sturing van een volwassene en dat ze alleen geprezen moeten worden bij uitzonderlijk goed gedrag of een bijzondere prestatie. Prijzen en aanmoedigen kunnen juist heel goed gebruikt worden om een kind stap voor stap te begeleiden bij het aanleren van een nieuwe vaardigheid, het ontwikkelen van een positief zelfbeeld en om gemotiveerd te blijven voor een moeilijke taak.

 

Complimenten specifiek maken

Dit betekent dat onze pedagogisch medewerkers proberen vage complimenten zoals “Goed zo” of “Goed gedaan” te vermijden. Bij dergelijke complimenten weten de kinderen niet goed wat ze goed gedaan hebben. Deze opmerkingen geven niet aan welk gedrag er geprezen wordt. De pedagogisch medewerkers benoemen het gedrag dat gewaardeerd wordt. Dat klinkt bijvoorbeeld zo: “ Heel goed dat jij uit jezelf dankjewel zei” of “Goed zo, Niels, alle blokken opgeraapt precies zoals ik het vroeg”. Het kind weet nu precies wat het goed gedaan heeft en zal in de toekomst ook weten welk gedrag van hem verwacht wordt.

 

Grenzen stellen

Er zijn momenten dat pedagogisch medewerkers orde moeten handhaven en grenzen moeten stellen aan ongewenst gedrag. Door het consequent stellen van grenzen voelen kinderen zich veiliger en beter op hun gemak. Alleen als ongewenst gedrag consequent dezelfde gevolgen heeft, leren kinderen dat ze geacht worden zich gewenst te gedragen. Het is van belang dat de pedagogisch medewerker het soort opdrachten die ze geven in de gaten houden en dat ze zich beperken tot de meest noodzakelijke. Het is ook van belang dat elke pedagogisch medewerker dezelfde regels hanteert.

 

 

5.7 Omgaan met zieke kinderen

Een kind dat ziek is hoort thuis te blijven. Een ziek kind voelt zich nog ongelukkiger en zieker in een drukke omgeving en kan niet de aandacht krijgen die het nodig heeft. Daarnaast dient de leiding ervoor te waken dat andere kinderen besmet raken in geval van een besmettelijke ziekte. Het Beertje zal de richtlijnen van de G.G.D. mede laten bepalen of het kind bij ziekte thuis zal moeten blijven. Bij twijfel vragen we advies aan de medisch adviseur van het kinderdagverblijf.

 

Kinderen die een besmettingsgevaar voor anderen opleveren of een temperatuur hebben van 38.5 of hoger mogen de buitenschoolse opvang niet bezoeken. Zaken zoals toedienen van medicatie en wat de groepsleiding doet als een kind ziek wordt, staan beschreven in het protocol Ziekte en Medicijn verstrekking dat voor ouders op locatie ter inzage ligt.

 

 

5.8 Diversiteit

Doordat kinderen vanuit verschillende achtergronden worden opgevangen, ontmoeten de kinderen veel verschillende soorten kinderen. Het kennis nemen van deze verschillen draagt niet alleen bij aan de ontwikkeling van de kinderen, maar vraagt ook om speciale aandacht van de groepsleiding. Zo wordt vooral veel aandacht besteed aan de normen en waarden als ‘respect voor elkaar’ en ‘geen vooroordelen hebben’.

Wij staan open voor diverse religieuze opvattingen, maar wij werken niet vanuit een specifieke levensovertuiging. We vieren de Nederlandse feestdagen, maar verbinden daar geen religieuze ideeën aan. Wij leggen bij deze dagen vooral de nadruk op rituelen en gewoonten uit de Nederlandse samenleving. Dat houdt in dat er bij Sinterklaas cadeautjes en pepernoten horen en dat er met kerstmis een kerstboom staat.

6. Een dag ruilen of het incidenteel afnemen van een extra dagdeel

 

 

Het afnemen van extra dagen is mogelijk. Het aanvragen van extra dagen is wel afhankelijk van de groepsplanning en personeelsinzet. Wij honoreren een verzoek alleen als er voldoende ruimte binnen de groep is en het niet leidt tot extra personeelsinzet. Deze verzoeken moeten door de ouders via de ouderlogin aangevraagd worden.

7. Ouders/verzorgers

 

 

7.1 Schriftelijke informatie

De ouders krijgen bij inschrijving de Huisregels en het Huisreglement van Het Beertje Geffen. Een keer in de twee maanden ontvangen ouders een algemene nieuwsbrief Berenbabbels. Hierin staan bijvoorbeeld beleidsveranderingen, personeelsbezetting, festiviteiten en leuke anekdotes van de kinderen beschreven.

 

 

7.2 Gebruik Klasbord APP

Bij de Buitenschoolse opvang wordt er gebruik gemaakt van de gratis Klasbord App. Dit is een beschermde omgeving waar leuke foto’s van de activiteiten van de BSO worden geplaatst. Alleen de ouders van de groep van uw kind hebben toegang tot de foto’s. U krijgt als ouder een unieke code van de pedagogisch medewerkers waarmee u toegang heeft tot de groep van uw kind. Zo kunt u als ouders toch meegenieten van uw kind tijdens uw werk.

 

 

7.3 Oudercommissie

Onze oudercommissie behartigt de belangen van de kinderen en ouders van Het Beertje en adviseert gevraagd en ongevraagd de directie. De oudercommissie heeft wettelijke advies bevoegdheden. Zo adviseert de oudercommissie bijvoorbeeld over de kwaliteit van de veiligheid, gezondheid en spel-en ontwikkelingsactiviteiten. De oudercommissie komt eens in de drie maanden bijeen en heeft overleg met de directie. De ouders ontvangen van deze vergaderingen een notulen per mail.

De oudercommissie bestaat uit ouders die op vrijwillige basis een bijdrage leveren aan het beleid dat bij Kinderopvang Het Beertje gevoerd wordt door adviezen te geven. Per locatie zijn er ouders vertegenwoordigd voor de Dagopvang, Buitenschoolse opvang en Speel-leerschool Beren Eigen Wijs.

 

Leden van de oudercommissie voor de Buitenschoolse Opvang Geffen:

 

Oudercommissie Geffen

Mevrouw M. van Elst

Mevrouw I. Romijnders

8. Kwaliteit Kinderopvang Het Beertje

 

 

8.1 Risico-inventarisaties

Onder de Wet Kinderopvang wordt de Veiligheid en Gezondheid van kinderen bewaakt aan de hand van het Beleid Veiligheid en Gezondheid. Hierin staan de grote risico’s beschreven en wat wij als kinderopvang er aan doen om de risico’s te verkleinen of soms uit te sluiten. In een actieplan wordt vervolgens maatregelen geformuleerd, waarbij de verbeterpunten met de hoogste prioriteit door ons worden aangepakt. Ook staat hierin beschreven wat wij moeten doen als het risico zich toch voordoet. De pedagogisch medewerkers worden actief betrokken bij het Beleid. In vergaderingen wordt het beleid up to date gehouden door telkens kritisch naar het beleid te kijken en door na te gaan of er nieuwe risico’s zijn bijgekomen.

 

 

8.2 GGD Inspectie

Jaarlijks vindt er bij Kinderdagverblijf Het Beertje een GGD inspectie plaats. Deze inspectie is bedoeld om na te gaan of ons kinderdagverblijf voldoet aan de eisen die de Wet Kinderopvang stelt. Het GGD inspectierapport is te vinden op onze website.